NPK PUBLICATIES - SOEMOED - JAARGANG 45, NUMMER 2
REDACTIONEEL
CONFRONTATIE
Zoals zovelen proberen wij grip te krijgen op de snel veranderende omstandigheden in het Westen, waarvan de overwinning van Donald Trump een belangrijk symptoom is. Rechts-populisme is in opmars: behalve in de Verenigde Staten ook in Frankrijk en natuurlijk in Nederland. De PVV mag dan niet de grootste partij zijn geworden, zij is wel gegroeid; zij kan – wat ons betreft terecht – buiten de regering gehouden worden, maar daarmee is zij als politieke factor natuurlijk niet uitgeschakeld. En er is altijd weer een volgende verkiezingsronde.
Hoewel de Verenigde Staten een supermacht op hun retour zijn, zijn de gevolgen van de nieuwe politieke, sociale en economische koers nog altijd van grote invloed op de verhoudingen in de wereld.
Op het economische vlak is door Trump en de zijnen een handels-oorlog ontketend met zo ongeveer de rest van de wereld. Het ene na het andere handelsverdrag wordt opgezegd of zal niet langer met deelname van de Verenigde Staten tot stand komen. Het structureel wegwerken van de grote tekorten op de Amerikaanse handelsbalans is daarbij de belangrijkste drijfveer.
Wat de EU betreft vormt Duitsland, als grootste economische macht , het Trumps belangrijkste doelwit – en daarbij Duitslands toonaan-gevende auto-industrie. Die kaart kan via Mexico gespeeld worden, waar Duitse auto’s voor lage lonen worden geassembleerd en zonder noemenswaardige importheffingen in grote aantallen op de Amerikaanse markt afgezet worden. Hier ligt voor Trump een mogelijkheid om rake economische klappen uit te delen.
Brexit wordt door Trump en diens geestverwanten – binnen en buiten de Verenigde Staten – als splijtzwam in de onderlinge Europese verhoudingen toegejuicht. Een eventuele rechts-populistische overwinning in de presidentsverkiezingen in Frankrijk zal een en ander een krachtige nieuwe impuls geven. Zo niet, ook voor de Franse rechts-populisten geldt, dat er altijd weer een volgende verkiezingsronde is.
De EU en westerse regeringen lijken ook doelwit van Rusland te zijn, dat met het verspreiden van desinformatie de politieke verhoudingen tracht te beïnvloeden. In Frankrijk ontvangt het in opmars zijnde rechts-populistische, anti-EU Front National (FN) naar verluidt fondsen uit Rusland, van geldschieters die tot de kringen van president Vladimir Poetin behoren. Franse banken weigeren geld aan het FN te lenen.
Opgevoerde bombardementen op Syrië en een scherpe – vooralsnog verbale – escalatie met Noord-Korea doet de vrees voor een militaire benadering van problemen door Trump en de zijnen toenemen.
Zo ook rondom Iran. De kop van een van de bijdrage in dit nummer van Soemoed luidt: ‘Een president die gek is op generaals – staat in Washington oorlog met Iran op de agenda ?’
Israel is jarenlang de aanjager geweest van de confrontatie met Iran omwille van zijn nucleaire programma. Onder Barack Obama moest Israel op dit dossier uiteindelijk bakzeil halen. Nu lijkt Tel Aviv nieuwe kansen te ruiken. Eerder stelden wij dat een zogenaamde ‘existentiële dreiging’ die van Iran richting Israel zou uitgaan, een kunstgreep in de Israelische politiek is om de aandacht af te leiden van de voortgaande kolonisatie van Palestina en de tegenkrachten die deze oproept evenals de negatieve publiciteit die deze oplevert.
Over negatieve publiciteit gesproken: op 16 april zijn ruim 1000 Palestijnse politieke gevangenen voor onbepaalde tijd in honger-staking gegaan. Daarmee protesteren zij tegen de miserabele omstandigheden in Israelische gevangenissen, de slechte behandeling en tegen zogeheten ‘administratieve detentie’, waarbij Palestijnen, zonder door een rechtbank te zijn veroordeeld, langdurig vastgezet kunnen worden.
In de achterliggende 50 jaar zijn volgens de mensenrechten-organisatie Addameer ruim 800.000 Palestijnen door Israel gevangen gezet of aangehouden – ofwel zo’n 40 procent van de mannelijke bevolking in bezet Palestijns gebied.
Momenteel zitten rond 6500 Palestijnse politieke gevangenen in Israelische gevangenissen, onder wie enkelen die de twijfelachtige eer hebben het wereldrecord gevangenschap in handen te hebben. Er is nauwelijks één familie in Palestina te noemen, die het leed bespaard is gebleven, dat door gevangenschap van een of meerdere van haar leden wordt veroorzaakt.
Israel hield begin vorig jaar 440 Palestijnse kinderen gevangen, onder wie 104 in de leeftijdscategorie 12-15 jaar. Sinds 2012 zet Israel elke maand gemiddeld 200 Palestijnse kinderen achter de tralies.
De straffen voor bijvoorbeeld het gooien van stenen zijn absurd zwaar – voor de kinderen (10-20 jaar) of voor hun families (hoge geldboetes). Kinderen staan in Israelische gevangenissen aan diverse vormen van dwang en intimidatie bloot en zijn veelal verstoken van elementaire voorzieningen. Een dergelijke behandeling is in strijd met internationale mensenrechtenverdragen en met het internationaal humanitair recht. Dit laatste bepaalt dat staten een apart jeugdrechtssysteem moeten hebben, dat de bijzondere status van kinderen erkent, minderjarigen beschermt tegen geweld en gericht is op rehabilitatie en re-integratie.
‘De enige democratie in het Midden-Oosten’ kan er sinds jaar en dag mee wegkomen. Dat zegt veel over onze politieke vertegenwoordigers en over onze regeringen.
uit: Soemoed – jaargang 45, nummer 2 (maart-april 2017)